> Word lid > Aanmelden nieuwsbrief

Nieuwsberichten

> Alle berichten bekijken

Specialisme AGZ: “Hiermee geven we ruimte aan de professional zelf!”

07 augustus 2020

Irma de Hoop, VS GGZ en als voorzitter van V&VN Verpleegkundig Specialisten nauw betrokken bij de totstandkoming van de nieuwe indeling, en bovendien binnenkort ook in opleiding tot verpleegkundig specialist algemene gezondheidszorg.

Het nieuwe specialisme algemene gezondheidszorg is per 1 januari 2021 een feit. V&VN Verpleegkundig Specialisten spreekt hierover met betrokkenen. Vandaag Irma de Hoop. Zij was als voorzitter van V&VN VS nauw betrokken bij het proces om te komen tot een nieuwe indeling.

Irma is sinds 2009 geregistreerd als verpleegkundig specialist geestelijke gezondheidszorg (GGZ). Ze verbaasde zich in die tijd al over de vierdeling van de somatische specialismen. “Ik vond het zo vanzelfsprekend om in de gehele GGZ te werken en niet op voorhand te kijken naar de aard van de ziektelast”. Hiermee doelt Irma op de vier somatische specialismen preventieve, acute, intensieve en chronische zorg bij somatische aandoeningen die in 2009 werden ingesteld. “Volgens mij gaat het om goed zijn in je vak in de hele breedte”.

Specialisme haalt schotten weg

“Met de komst van het specialisme algemene gezondheidszorg (AGZ) is nu een uniforme manier gevonden om die vier verschillende exotisch aandoende titels in de algemene gezondheidszorg te duiden. Algemene gezondheidszorg ligt makkelijk in het gehoor, is voor patiënten en collega’s makkelijk in het gebruik, en het belangrijkste is dat het specialisme schotten weghaalt tussen verschillende fasen van ziekte”, zo geeft Irma aan. En lachend: “Het is ook wel fijn dat algemene gezondheidszorg niet zo’n mond vol is, zoals bijvoorbeeld intensieve zorg bij somatische aandoeningen.”

Natuurlijk is er bij verpleegkundig specialisten in de somatische zorg ook sprake van specialisatie, maar dat is vaak niet gebaseerd op de fase van ziekte (zoals chronisch of intensief). Dat kan soms wel, zoals op de spoedeisende hulp, maar op veel plekken vindt er een combinatie plaats van preventieve, spoedeisende, chronische, intensieve en palliatieve behandeling.

“Bij de instelling van het GGZ-specialisme was het aanvankelijk ook de bedoeling om vier specialismen te maken in de GGZ, die vergelijkbare schotten zouden hebben getrokken”, gaat Irma verder. “Zo’n indeling, als die zo was ingevoerd, zou echt geen recht gedaan hebben aan de holistische visie op cliënten in de GGZ. Ook in de algemene gezondheidszorg hebben onze collega’s een holistisch mensbeeld. De kaders van de somatische specialismen waren knellend omdat je een patiënt vanuit de titel slechts per fase kon bijstaan. Vanuit de verpleegkunde willen verpleegkundig specialisten mensen in alle fasen bijstaan. Dat gebeurde in de praktijk al. Deze indeling zorgt dat de regels weer bij de praktijk aansluiten.”

We moeten zorg zo organiseren dat die aansluit bij wat de patiënt nodig heeft. En, zo geeft Irma aan, daarmee blijven sommige schotten ook staan, bijvoorbeeld tussen AGZ en GGZ. En dat is goed, zo geeft ze aan. Omdat je in twee jaar masteropleiding ook je grenzen moet weten. “Natuurlijk kijken verpleegkundig specialisten naar de hele mens, maar ergens ligt vaak een zwaartepunt, en dat is vaak bij hetzij somatiek hetzij de psyche. Of je moet zoals ik een vervolgopleiding gaan doen, en je ook specialiseren als VS AGZ. Ik merk dat ik in het verpleeghuis ook echt kennis mis op gebied van de somatiek. Die moet ik echt bijspijkeren.”

Verpleegkundig specialisten hadden doorslaggevende stem

De betrokkenheid van de beroepsgroep bij deze indeling is groot geweest. “Het draaide echt om verpleegkundig specialisten; we hadden een doorslaggevende stem, en waren met veel collega’s vertegenwoordigd. Het bestuur was goed vertegenwoordigd, ik zat in de stuurgroep, er zijn veel leden gesproken, er is discussie geweest die geleid heeft tot bijstelling en verandering.”

Er was een grote betrokkenheid bij het eigen werkveld, zo geeft Irma aan. “We hebben met elkaar goed gezocht naar hoe het individuele werkveld in deze specialismen past. Eigenlijk passen alle expertisegebieden in deze specialismen. Verpleegkundig specialisten in AGZ en GGZ kunnen hier echt mee vooruit. Het beroep wint aan duidelijkheid en herkenbaarheid.”

En Irma heeft ook geleerd van dit proces. “We zijn geneigd om heel veel dingen heel ingewikkeld aan te pakken, zoals de oude indeling met ingewikkelde namen. Als je het simpeler en overzichtelijker maakt, dan werkt dat vaak net zo goed, en dan laat je ruimte bij de professional zelf. Daarbinnen moet je toch je eigen kleur geven.”

Het is een mooi proces geweest, zegt ze nog. “Laten we ook de voorgangers die de eerste indeling hebben bedacht bedanken. Door het verschil tussen de vier somatische specialismen en het ene specialisme GGZ, konden we immers ook vergelijken. GGZ-specialisten waren erg tevreden over de titel, somatische specialisten gebruikten de titels bijna nooit. Maar er lag een basis, waarop we weer hebben kunnen verder bouwen.”

Meer informatie?

Meer weten over het nieuwe specialisme algemene gezondheidszorg en de nieuwe besluiten? Lees het bericht van het Verpleegkundig Specialisten Register (VSR) en kijk op de themapagina. Na inwerkingtreding worden deze gepubliceerd op de website van het Verpleegkundig Specialisten Register. De huidige besluiten vind je op deze pagina op de website van het VSR. Dit artikel is het tweede in een reeks van zeven artikelen over het nieuwe specialisme algemene gezondheidszorg en de nieuwe besluiten van het CSV op de website van V&VN VS.