> Word lid > Aanmelden nieuwsbrief

Nieuwsberichten

> Alle berichten bekijken

Kennis, kunde en karakter…

03 mei 2020

In een serie verhalen van bestuurleden, vandaag de beurt aan Nathalie van Elck.

“Sterkte vandaag weer hoor!” roept een vrouw uit het raam van een bovenwoning in Utrecht terwijl ik langs fiets. Ik ben op weg naar de huisartsenpraktijk waar ik werk. Ze is een van de velen die me deze dagen niet alleen groet, maar ook sterkte wenst. Omdat we zo hard moeten werken, want het zal wel ontzettend druk zijn, toch?

Maar de eerste dagen na de aankondiging van de ‘intelligente lockdown’ is het in de praktijk juist angstwekkend rustig. Afspraken worden afgezegd, de spreekuren zijn leeg. We spreken het niet uit, maar weten allemaal: dit is stilte voor de storm. De tijd voor lacherige, stoere grappen over Het Virus ligt nu echt achter ons. En wat er voor ons ligt, daar proberen we over na te denken, maar we weten niet wat ons te wachten staat. Hoe gaan we goede zorgen verlenen?

En hoe kunnen we dat doen op een veilige manier? Hebben we voldoende beschermingsmaterialen? En zijn het de goede materialen? Na de onheilspellende rust van de eerste dagen rinkelt de telefoon in de praktijk onophoudelijk. Omdat de spreekuren zo leeg zijn en de rij met bellers zo lang is, zitten we allemaal aan de telefoon; de assistentes, huisartsen, praktijkondersteuners, aios, en ik, verpleegkundig specialist. We proberen zo goed mogelijk antwoord te geven op de vragen van patiënten.

Op één van die dagen belt mevrouw Van der Geert op. Ik ken haar, ze is een paar weken terug op mijn spreekuur geweest met klachten van stress en overbelasting, zoals vaker gezien wordt bij mantelzorgers. Deze 63-jarige vrouw zorgt namelijk- samen met haar zus – al wekenlang thuis intensief voor haar hoogbejaarde moeder met dementie in het eindstadium, die geen patiënte in onze praktijk is. Mevrouw en haar zus wisten dat hun moeder op korte termijn zou overlijden.

Als ik haar aan de telefoon krijg, barst ze gelijk in hartgrondig huilen uit, en met horten en stoten vertelt ze me dat haar moeder twee dagen daarvoor is overleden. Haar verdriet door de telefoon overvalt me. Ik had meer opluchting en berusting verwacht als reactie op het overlijden van haar moeder. Ze praat door.

De laatste dagen had haar moeder benauwd geleken en koorts ontwikkeld. Daarom had haar huisarts de oude vrouw getest op covid-19. Die test werd gedaan op dinsdag. Op woensdag overleed de moeder van mijn patiënte. Op donderdag kwam de uitslag: positief. Terwijl ze dat vertelt, dringt de reden voor het rauwe verdriet van deze vrouw tot me door: zij en haar zus zullen de begrafenis van hun eigen moeder, voor wie ze zo intensief hebben gezorgd, niet lijfelijk kunnen bijwonen. Ze moeten tenslotte allebei 14 dagen preventief in quarantaine, al hebben ze geen fysieke klachten.

We zijn uiteindelijk allebei stil aan de telefoon: we hebben allebei geen woorden die geschikt zijn om nu te gebruiken. Ik beloof haar de week erna nog eens te bellen. Nadat ik haar sterkte heb gewenst en het gesprek heb beëindigd, denk ik aan de kwaliteiten waarover ‘een goed verpleegster’ moet beschikken volgens Zuster Meyboom: Kennis, Kunde en Karakter. Ik heb, met de rest van de wereld, nog onvoldoende kennis over Covid-19 en kunde in hoe te handelen. Dan maar op karakter.

Ik bel met de begrafenisondernemer. Na lang praten met verschillende medewerkers lukt het: er is toestemming voor mevrouw en haar zus om samen de kist van hun moeder te sluiten, in een ruimte zonder andere aanwezigen. Zo kunnen ze samen afscheid nemen van hun moeder, zoals ze ook samen voor haar hebben gezorgd.

Als ik de volgende werkdag weer naar de praktijk fiets, kijk ik omhoog naar de bovenwoning waar een vrouw me vorige keer groette. Ik hoop dat ze me weer sterkte wenst, vandaag.

Noot: Frederike Meyboom (1871-1971) was verpleegster en later directrice van verschillende ziekenhuizen, heeft zich ingezet voor de verbetering van de opleiding van verpleegsters en de menselijke maat in de zorg.  

Noot 2: de naam van de patiënt is gefingeerd.