> Word lid > Aanmelden nieuwsbrief

Nieuwsberichten

> Alle berichten bekijken

Meld oneigenlijk gebruik beroepstitel!

15 augustus 2017

De titel verpleegkundig specialist (met inbegrip van het deelspecialisme waarin men is geregistreerd*) is een wettelijk beschermde beroepstitel op grond van artikel 4 lid 1 van de Wet BIG. Niet iedereen mag zich dus verpleegkundig specialist noemen. Dit is voorbehouden aan diegenen die ook als zodanig in het BIG-register staan geregistreerd. Oneigenlijk gebruik van de beroepstitel is tuchtrechtelijk laakbaar, en bovendien strafbaar op grond van artikel 99 en artikel 100 van de Wet BIG**.

In de afgelopen weken hebben het bestuur signalen bereikt op grond waarvan het meent dat het goed is om deze reeds lang bekend veronderstelde kennis nog eens kenbaar te maken. Voor iedereen die niet staat geregistreerd in het BIG-register als verpleegkundig specialist, is het voeren van deze titel te bestempelen als titelmisbruik. Bij titelmisbruik kan de Inspectie voor de Gezondheidszorg een boete opleggen en kan het Openbaar Ministerie vervolgen!

Op grond van artikel 4 tweede lid van de Wet BIG is het “degene wie het recht tot het voeren van een in deze wet geregelde titel niet toekomt op grond van het eerste lid, verboden deze titel, een daarop gelijkende benaming dan wel een op die titel betrekking hebbend onderscheidingsteken, aangegeven met toepassing van artikel 93 of daarmee in hoofdzaak overeenstemmend, te voeren”.

Indien u oneigenlijk gebruik van de beschermde beroepstitel verpleegkundig specialist tegenkomt, dan kunt u zich middels een melding wenden tot de Inspectie voor de Gezondheidszorg. Het is namelijk van het grootste belang dat patiënten, beroepsbeoefenaren en het algemeen publiek kunnen vertrouwen op de kennis van verpleegkundig specialisten. Iedereen die niet is geregistreerd als verpleegkundig specialist, kan dit vertrouwen niet waarmaken.

Verpleegkundig specialisten van wie de registratie wordt doorgehaald op reguliere wijze, mogen aan hun naam de volgende vermelding toevoegen: verpleegkundig specialist niet-praktiserend. Voorwaarde voor het gebruik van de toevoeging niet-praktiserend is dat de registratie van de voormalig verpleegkundig specialist niet is doorgehaald vanwege een schorsing of een strafrechtelijke uitspraak. Verpleegkundig specialist niet-praktiserend moet altijd voluit worden geschreven en mag dus niet afgekort tot bijvoorbeeld VS-np. Afkorting wordt door de IGZ ook als titelmisbruik gezien.

* Er zijn op dit moment de volgende wettelijk erkende specialismen:

  • preventieve zorg bij somatische aandoeningen;
  • acute zorg bij somatische aandoeningen;
  • chronische zorg bij somatische aandoeningen;
  • intensieve zorg bij somatische aandoeningen;
  • geestelijke gezondheidzorg

** Artikel 99 en artikel 100 Wet BIG:

Artikel 99

  1. Degene die, hoewel zijn inschrijving in het desbetreffende register is geschorst ten gevolge van een onherroepelijk geworden overeenkomstig artikel 48, eerste lid, onder d, opgelegde maatregel dan wel een maatregel, bij wijze van voorlopige voorziening opgelegd overeenkomstig artikel 80, vijfde lid, tijdens de duur dier schorsing handelt in strijd met het in artikel 4, tweede lid, of 17, tweede lid, gestelde verbod, wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste drie maanden of geldboete van de tweede categorie.
  2. Op dezelfde wijze wordt gestraft degene die, hoewel zijn inschrijving in het desbetreffende register is doorgehaald ten gevolge van een onherroepelijk geworden overeenkomstig artikel 48, eerste lid, onder f, of 80, eerste lid, onder c, opgelegde maatregel, handelt in strijd met het in artikel 4, tweede lid, of 17, tweede lid, gestelde verbod.

Artikel 100

Onze Minister is bevoegd een bestuurlijke boete van ten hoogste € 6 700,– op te leggen ter zake van een gedraging die in strijd is met het bepaalde bij of krachtens:

artikel 4, tweede lid;
artikel 17, tweede lid;
artikel 34, vierde lid;
artikel 35;
artikel 38;
artikel 40;
artikel 41, derde lid, onder b;
artikel 48, eerste lid, onder e;
artikel 80, eerste lid, onder a of b;
artikel 88;
artikel 96;
artikel 105, derde lid;
artikel 108, tweede lid.